(no subject)

Jan 30, 2005 19:47



Linda draaide het briefje dat ze van vrouwe Indira had gekregen steeds weer om en om in haar vingers, wensend dat ze het kon lezen. De vrouwe had bijzonder geirriteerd gekeken toen ze het kwam brengen en Linda wist dus bijna zeker dat het een briefje van Lurec was… die zekerheid werd alleen maar getemperd door het feit dat Lurec toch moest weten dat ze niet kon lezen. Dat kon hij toch niet zomaar vergeten zijn? En als hij het wist, hoe verwachtte hij dan dat ze kon begrijpen wat hij van haar wilde? Hij kon toch niet zo stom zijn dat hij dacht dat ze kon lezen?
Zo mocht ze niet denken, hij was niet stom, maar… als hij werkelijk had gewild dat ze dit zelf zou lezen, dan was het wel een stomme actie geweest. En zeer frustrerend voor haar, want wat moest ze nu doen? Ze vermoedde dat hij haar wilde zien - hij wilde haar altijd zien - en dat er in dat briefje een plaats en een tijd stond, maar het was alleen maar een vermoeden. Misschien stond er wel in dat hij dacht dat het beter was als ze terugging naar haar moeder. Misschien stond er wel in dat hij vanavond moest vertrekken en het verschrikkelijk vond dat hij haar nooit meer te zien kreeg. Misschien stond er wel in dat hij een ander had gevonden.
Geirriteerd gooide ze het briefje op de grond en wilde maar dat het met een klap neer zou komen, maar dat deed het natuurlijk niet. Het dwarrelde langzaam naar beneden tot het uiteindelijk met de zwarte tekens naar boven op de grond kwam. Het leek wel alsof de letters die ze niet kon lezen haar aanstaarden, haar uitlachten omdat ze hun geheimtaal niet begreep. Waarom had ze niet leren lezen in de vele uren die ze met nietsdoen en plaatjes kijken had doorgebracht? Waarom had Lurec haar niet leren lezen als hij zo graag wilde dat ze zijn geheimzinnige boodschappen begreep?
Zou vrouwe Indira het wel geweten hebben, en daarom hebben toegestemd om haar een briefje te brengen? Ze begreep niet hoe Lurec er anders in geslaagd was om zijn zus over te halen een briefje te bezorgen, alsof ze een ordinaire boodschapper was. Ja, waarschijnlijk had vrouwe Indira stiekem gelachen om de ironie van het moment, maar het niet laten merken aan haar broertje zodat die niet nadacht over wat een briefje was voor iemand die de lettertekens niet herkende. Of nou ja, ze herkende ze wel, ze had ze immers eerder gezien… maar ze wist niet welk teken voor welke klank stond.
Lieve goden… als ze op het moment een wens kon doen, dan was het dat ze kon lezen. Helaas verhoorden de goden niet zomaar wensen, daar hoorde een offer bij en vele gebeden in de tempel. En sowieso had ze nog nooit gehoord van een gebed om dit soort kennis dat verhoord was, alleen maar van gebeden om genezing, regen of een goede oogst. Lurec zou zeggen dat het gewoon toeval was dat het weer ging regenen of dat iemand genas omdat ze door een dokter behandeld werd. Ze wou dat ze het hem nu zou kunnen horen zeggen in plaats van naar het briefje te staren en het met haar gedachten te dwingen om zijn geheimen te openbaren.
Het had geen zin, ze zou niet ineens kunnen lezen omdat ze dat zo graag wilde. Dat wist ze wel van binnen, maar ze durfde niet na te denken over andere oplossingen… die hielden immers in dat ze het aan vrouwe Indira moest vragen, of dat ze iemand anders moest vertrouwen met deze kennis. En aangezien ze niet wist wat er in het briefje stond, wist ze ook niet of er eigenlijk wel iemand was die ze kon vertrouwen. Een afspraak was al verdacht - waarom zou een mannelijke Satrissi een afspraak maken met een dienstmeisje? - maar als hij zijn briefje eindigde met ‘veel liefs’ of iets dergelijks, dan konden ze het hier verder wel vergeten, dat mocht niemand lezen.
Tenzij het vrouwe Indira was.
Ze keek aarzelend van het briefje naar de dichte deur en weer terug. De vrouwe was in haar kamer, dat wist ze, maar het zou niet lang meer duren. Dadelijk werd het diner immers geserveerd en daar zou de belangrijkste vrouw in de Vesting zeker bij aanwezig moeten zijn. Nee, als ze nog een kans wilde hebben om erachter te komen wat de zwarte letters betekenden, dan moest ze nu aankloppen en haar vraag stellen. Het werd steeds later, de seconden tikten weg en ze lag hier nu al vier uur naar zwarte letters op wit papier te staren, dat schoot ook niet op.
Het was gewoon haar enige kans, en ze zou er spijt van krijgen als ze die niet greep, dat wist ze. Het enige probleem was dat vrouwe Indira haar nooit meer had willen zien, en dit zou de tweede keer zijn dat ze dat bevel niet had gehoorzaamd. Eerst om haar excuses aan te bieden, en nu om om hulp te vragen, hulp die waarschijnlijk niet gegeven zou worden. Ze wist nog steeds niet of vrouwe Indira haar eigenlijk wel in deze kamer zou laten blijven, niemand had haar op de hoogte gesteld want Lurec kon niet meer met haar praatte en vrouwe Indira wilde het niet. Misschien was dat trouwens wel wat er in het briefje stond, hoewel ze dat niet echt geloofde. Ze vermoedde dat ze hier mocht blijven en dat Lurec zijn zuster had overgehaald, aangezien ze er nog steeds niet uit was gegooid, maar ze was nergens zeker van.
Uiteindelijk kwam ze dan toch overeind en legde de paar meters naar de deur af, onderweg het briefje oppakkend van de grond. Ze haalde drie keer diep adem en klopte toen. Om te voorkomen dat Indira haar niet binnen zou laten, opende ze ook meteen de deur, hoewel de vrouwe dat waarschijnlijk niet fijn zou vinden.
Tot haar teleurstelling - maar stiekem ook een beetje opluchting - zag ze Indira op het eerste gezicht nergens, maar toen merkte ze plotseling op dat er iemand op het bed lag, met een boek in haar handen.
"Ja?" riep Indira, die blijkbaar niet had gemerkt dat Linda de kamer al binnen was gekomen en al helemaal niet dat de klop van Linda’s deur afkomstig was geweest en niet van de andere. Linda vatte het echter op als een bemoedigend teken en deed enkele stappen de kamer in.
"Linda," stelde Indira nu wel vast, en de temperatuur in de kamer leek meteen enkele graden te dalen. Onzin, natuurlijk, maar Linda sloeg haar armen stevig om zichzelf heen, alsof ze zichzelf aan het omhelzen was. Ze gaf toch de voorkeur aan Lurec in haar armen, bedacht ze met een lichte blos op haar wangen, die gelukkig niet te zien was voor anderen.
"Jij komt vast om die geheimzinnige boodschap van mijn broer te begrijpen, nietwaar?" zei de vrouwe, daarmee twee van Linda’s voorgevoelens bevestigend. Ze kon echter geen wijs worden uit Indira, want ze had eigenlijk verwacht dat de vrouwe haar wel meteen weg zou sturen, zonder een woord te zeggen. Eigenlijk was Indira nog best aardig, voor haar doen, ze liet Linda niet eens zelf hakkelend en pijnlijk zeggen wat ze wilde.
"Het is toch ook een idioot, die Lurec. Had hij nu werkelijk verwacht dat een boerenmeisje kan lezen? Maar hij was zo blij en opgewonden dat hij eindelijk een manier had gevonden om met je te communiceren, dat ik zijn blijdschap maar niet verpest heb. Tenslotte is het nu ook weer niet zo belangrijk dat je zijn briefje kan lezen, is het niet genoeg om iets in handen te hebben wat hij waarschijnlijk met een kus bezegeld heeft?" vroeg Indira sarcastisch, wat haar zogenaamde ‘aardigheid’ wel weer teniet deed.
"Ik wil het echter wel graag weten, vrouwe Indira," zei ze voorzichtig, bang om de jonge vrouw weer woedend te maken.
"Ja, jonge verliefde mensen zijn altijd zo ontzettend nieuwsgierig," zei Indira met een vreemde uitdrukking op haar gezicht, "Maar geef mij eens een reden waarom ik je zou voorlezen? Je bent geen klein kind meer, je vindt jezelf zo volwassen, maar volwassenen krijgen geen verhaaltjes meer te horen, tenzij ze een beetje vreemd zijn."
Linda besloot om Indira’s bozige opmerkingen maar te negeren, want ze kon zich niet goed verweren tegen de woorden van de vrouwe. Indira had waarschijnlijk massa’s ervaring met dit soort ruzies, waarbij je geen van beiden echt hard kon gaan schelden maar elkaar juist probeerde te raken met beledigingen, sarcasme en ijskoude woorden. Linda zelf wist niet goed hoe ze hiermee om moest gaan, ze werd uit haar evenwicht gehaald en zei dus maar: "Ik weet niet wat ik voor u kan doen, maar als er iets is, dan zou ik het direct doen. Ik beloof ook dat ik u niet meer lastig zal vallen, hoewel u dat waarschijnlijk niet gelooft. Ik zal mijn best doen. Dit is gewoon een noodgeval. Maar als er iets is, een taak die ik kan verrichten…"
"Je kunt teruggaan naar je dorp," zei Indira hard, maar toen Linda het waagde om even naar de vrouwe te kijken, zag ze een nadenkende uitdrukking op diens gezicht. In stilte wachtte ze af, want ze had het vermoeden dat Indira een idee had… het maakte niet uit wat, ze zou het doen, als ze het tenminste kon. Nu ja, ze zou niet alles doen, dat was een leugen, maar wel veel.
"Goed dan," zei Indira plotseling, toch nog tot Linda’s verbazing. "Goed, er is wel iets wat je kan doen, en dan zal ik dat briefje voor je lezen en zeggen waar en wanneer Lurec jouw aanwezigheid eist." Dat stak even, en Linda kromp ineen, maar toen luisterde ze weer vol aandacht. Het maakte toch niet uit wat Indira van haar vond, ze wilde nu alleen maar informatie van de vrouwe, en daarvoor zou ze de beledigingen wel over zich heen laten komen.
"Er is een meisje, genaamd Lucienna Satrissi, dat hier op de Vesting is. Ik heb contact met haar en zal haar waarschijnlijk de komende weken een paar keer ontmoeten, maar het contact is moeilijk omdat haar vader niet wil dat we contact hebben. Hij mag er niet achter komen dat we elkaar spreken, en we kunnen dus ook niet veel anderen vertrouwen. Als jij als kamermeisje voor Lucienna gaat werken, kun je makkelijk in contact met mij blijven, en dan zal ik dit briefje voor je lezen. Akkoord?"
Het klonk erg veel als het contact tussen haar en Lurec, bedacht Linda met een gevoel voor ironie, hoewel Lucienna en Indira vast hele andere dingen met elkaar bespraken en deden dan zij en Lurec. Maar verder… ze merkte dat ze het eigenlijk best een goed idee vond. Zo had ze werk, iets te doen tijdens de dag, en bovendien las Indira het briefje voor. Eigenlijk waren beide kanten van de afspraak gunstig voor haar, hoewel Indira dat natuurlijk niet wist - of misschien wel vermoedde, maar goed - en ze had geen enkele reden om te weigeren.
"Akkoord," zei Linda, en voor haar gevoel was het een behoorlijk volwassen beslissing. Vreemd gevoel. Hoe dan ook, ze gaf vrouwe Indira het briefje en keek haar verwachtingsvol aan.
"Hij verwacht je vanavond om tien uur in de kamer met de blauwe deur, drie deuren rechts van de eetzaal," zei Indira, toen haar ogen een halve seconde op het blaadje hadden gerust - Linda was even jaloers op hoe makkelijk en natuurlijk lezen voor deze vrouw was - en ze verkreukelde het blaadje en gooide het met een boogje de prullenmand in. Het boerenmeisje keek de brief van haar geliefde na en richtte haar ogen toen weer op Indira.
"Wanneer moet ik beginnen als kamermeisje?" vroeg ze, vreemd zakelijk, maar dat leek nu het makkelijkste.
"Lucienna weet natuurlijk nog van niets. Het makkelijkste is denk ik als je vanavond voor je naar Lurec gaat, bij haar aanklopt en zegt dat je van mij komt. Als er niemand in de kamer is, tenminste, anders verzin je maar een excuus. Je mag alleen mijn naam noemen als niemand je kan horen, en dan kun je ook de rest van dit verhaal vertellen. Zij zal er dan wel voor zorgen dat je de plaats inneemt van haar oude kamermeisje, als ze een beetje handig is en begrijpt wat ik bedoel, maar dat zal wel niet zo’n probleem zijn. Zeg haar dat we desnoods van kamermeisjes kunnen ruilen, als ze die andere niet zomaar weg wil sturen. Oh, en haar kamer is makkelijk te vinden… als je je deur uitkomt ga je rechtsaf de gang in, vervolgens neem je de tweede gang links en dan zoek je naar een kamer met een donkerbruine deur en een lichtgeel motief van ruiten op die deur. Ik geloof dat het de derde van rechts is of zoiets."
Linda knikte en bedacht hoe vreemd het was om ineens weer veel te doen te hebben. Een paar dagen had ze helemaal niets gedaan, en nu moest ze vanavond eerst naar die Lucienna - ze hoopte maar dat ze aardig zou zijn en niet teveel van haar, Linda, zou eisen, tenslotte kon ze niet zoveel - en vervolgens naar Lurec. Het was maar goed dat ze nog niet met Naryma had gepraat over werk in de keuken, nu was ze nog vrij om kamermeisje te worden… en zo vond ze ook werk zonder aan Sabes te moeten vertellen wat er aan de hand was. En ze hoefde niet meer naast Indira te wonen, wat voor hen beiden toch wel een opluchting moest zijn. Hoe meer ze nadacht over dit nieuwe ‘werk’, hoe meer voordelen ze vond, en ze was Indira eigenlijk behoorlijk dankbaar, hoewel ze dat niet hardop zou zeggen.
"Van Lucienna zul je wel horen wat je verder moet doen en laten, dat laat ik geheel en al aan haar over. Het enige wat ik verder nog wil, is dat je me op de hoogte houdt als ze een afspraak heeft met een man die Anor Xirdneh heet. Vergeet die naam niet. Waarschijnlijk hoor ik het zelf wel van haar, maar toch wil ik het ook van jou weten."
Linda vond het een vreemd bevel, maar knikte weer en zei dat ze ervoor zou zorgen. Vervolgens zei ze de vrouwe Satrissi gedag en liep weer haar eigen kamer in. Tenminste, nu was het nog haar kamer, binnenkort zou hier iemand anders wonen en zou zij ook ergens anders wonen. Bij een meisje - hoe oud zou ze zijn? Wat zag Indira als een ‘meisje’? - dat Lucienna heette en blijkbaar een griezelige vader en een erg geheimzinnig contact met Indira Satrissi had. Het klonk bijna als een verhaal, een sprookje dat haar moeder haar vertelde toen ze nog klein was - voorgelezen was ze natuurlijk nooit, wat vrouwe Indira ook beweerde - maar misschien was haar hele leven van de afgelopen tijd wel een verhaal. Ze had geen idee hoe het af zou lopen en kon dus ook niet zeggen of het een sprookje was, maar wie weet…
Linda bracht de komende paar uur door met op haar bed liggen, dromen over Lurec, nadenken over Lucienna. Pas toen de wijzer van de klok steeds dichter naar de negen uur toekroop - de tijd dat ze naar Lucienna wilde gaan, ze wist namelijk niet hoe laat het diner afgelopen zou zijn maar wilde ook niet dat ze haar afspraak met Lurec zou missen omdat ze zoveel met het onbekende meisje moest bespreken - begon ze zich voor te bereiden. Ze stond een moment voor de klerenkast, want hoewel ze eigenlijk wist dat ze zich hoorde te kleden als een dienstmeisje - anders zou men achterdochtig worden - wilde ze het liefst een mooie jurk aan. Ze had ze nog nauwelijks kunnen dragen, die jurken die Lurec haar gegeven had, en ook vanavond zou het niet mogelijk zijn. Dan maar de zwart-witte jurk die ze ondertussen een beetje saai begon te vinden… vreemd, want vroeger had ze ook maar een jurk gehad en die was een stuk minder mooi geweest. Ze was waarschijnlijk verwend geraakt door de jurken die ze had gekregen en de statige vrouwes die ze hier om zich heen had. Indira droeg vrijwel nooit een jurk twee keer, hoewel de vrouwe helemaal niet zoveel om kleding leek te geven. Natuurlijk hoefde zij zich ook niet mooi te maken voor iemand.
Ze borstelde haar lange haren en keek in de spiegel naar zichzelf. Er was een vreemd soort van spanning in haar, een zenuwachtig gevoel dat diep in haar buik was begonnen en zich nu over haar hele lichaam verspreidde. Hoe lang had ze Lurec niet gezien? Een dag maar. Hoe lang had ze hem niet gesproken? Twee dagen maar. Ze wist niet eens wat ze precies voelde, maar wel dat ze zich nog nooit eerder zo had gevoeld. Was dit nu verliefdheid, waar iedereen het constant over had? Ze kon geen wijs worden uit haar eigen gevoelens en gedachten en negeerde ze dus maar zoveel mogelijk. Ze zou wel zien wat ervan zou komen, ze zou wel zien wat er gebeurde, het was iets goeds wat ze ging doen - ze wist dat hem zien haar waarschijnlijk gelukkiger zou maken - en dus moest ze niet teveel nadenken over de gevolgen. Ze zuchtte en rekte zich nog eens uit, en wilde dat de klok negen uur zou slaan zodat ze maar kon gaan. Ze was hier al veel te lang, zat zichzelf al veel te lang te irriteren door steeds weer hetzelfde cirkeltje door te denken. Het had geen zin om weer na te denken over Lurec, weer na te denken over wat ze zou zeggen, zou doen, wat ze samen zouden doen, wat hij te vertellen zou hebben. Het kon zoveel richtingen op gaan, en ze was niet in staat om alles door te denken. Ze moest maar gewoon doen waar ze op dat moment zin in had en zich niet over laten halen tot… wat dan ook wat ze niet wilde.
Eindelijk sloeg de klok dan toch negen uur en kon ze overeind komen, haar jurk recht strijken, haar haar een laatste keer borstelen en een blik op de kamer achter haar werpen. Vannacht zou ze hier niet slapen, en waarschijnlijk nooit meer. Maar ze hoefde geen ‘afscheid’ te nemen - er was zoveel gebeurd hier dat het toch zou voelen als een afscheid - want ze zou hier vast nog terugkomen. Ze dacht niet dat de bagage van een simpel kamermeisje door anderen naar haar nieuwe kamer gebracht zou worden. Nee, dat mocht ze natuurlijk zelf doen, en dan zou ze hier waarschijnlijk wel voor het laatst zijn. Maar daar hoefde ze nu nog niet over na te denken.
Ze liep door de gangen, Indira’s routebeschrijving in haar geheugen, en het was makkelijk te vinden. Na enkele minuten stond ze al voor een hoge, donkerbruine deur met daarop het door Indira beschreven patroon, en een bordje naast de deur met letters die Linda natuurlijk niet kon lezen.
Ze aarzelde even. Normaal was ze een vrij verlegen meisje, dat niet zomaar bij anderen aanklopte en ging regelen dat ze daar kon werken. Vandaag was ze echter in zo’n zweverige - een ander woord ervoor had ze niet echt - stemming dat ze het gewoon deed: ze liet haar knokkels drie keer hard op de deur neerkomen en wachtte toen gewoon tot iemand antwoord zou geven. Of niet. Als Lucienna er nog niet was, zou ze hierbuiten wachten tot het meisje in de gang zou verschijnen. Dat was echter een stuk vervelender, en dus was Linda opgelucht toen de stem van een jonge vrouw - blijkbaar vatte Indira ‘meisje’ nogal ruim op - haar binnenriep.
Ze opende de deur voorzichtig en bewonderde de prachtige kamer van haar toekomstige meesteres. Alles was blauw: het bed, de stoelen, de vloerbedekking, zelfs de wanden. Alleen het meisje - ze zag er jonger uit dan haar stem had geklonken, een jaar of achttien - was anders: ze droeg een donkergroene jurk en had vuurrood haar, wat prachtig bij elkaar stond. Linda was gewend aan Indira, die niet bepaald een van de knapsten was, en nu ze weer een echte dochter van de Satrissi’s zag - nu ja, Indira was natuurlijk geen bastaard, maar ze leek niet op een echte Satrissi - was ze overdonderd door haar schoonheid. Lieve goden, als Lurec omringd was door dit soort mensen, waarom had hij dan ooit voor haar gekozen?
"Ik geloof niet dat ik je ken," zei het meisje, dat Lucienna moest heten, aarzelend. "Of heb je een boodschap van iemand?"
"Mijn naam is Linda, vrouwe Satrissi," zei Linda met een lichte buiging. Ze had geen idee hoe ze dat elegant moest doen, maar wilde toch laten weten dat ze heus wel beleefd was. Hopelijk zag het er niet al te idioot uit.
"Ik heb inderdaad een boodschap, maar…" Ze keek om zich heen en zag tot haar opluchting dat ze alleen leken te zijn in de kamer. "Het is een boodschap van vrouwe Indira Satrissi."
De ogen van het meisje werden even groter en kregen toen een teleurgestelde uitdrukking. "Kom je om…" Ze leek haar woorden voorzichtig te kiezen, "om een afspraak af te zeggen?"
"Nee, vrouwe Satrissi," zei Linda, "Zij ehm… zij wil dat ik uw nieuwe kamermeisje word, zodat u en zij gemakkelijk contact kunnen houden. Ik ben haar oude kamermeisje. Ze zei ook dat u en zij van kamermeisje konden ruilen, zodat u uw oude kamermeisje niet hoeft te ontslaan."
Het meisje keek opgelucht en zei: "Wel, dat klinkt als een goed plan van vrouwe Indira. En ze hoeft niet eens een nieuw kamermeisje op te nemen, want de mijne gaat binnenkort toch trouwen en wil hier niet meer werken… dit is dus een prima oplossing. Hoe oud ben je?"
"Zestien, vrouwe Satrissi," zei Linda, maar Lucienna zei vlug: "Noem me maar Lucienna, of vrouwe Lucienna in het openbaar, dat deed mijn oude kamermeisje ook altijd. Tenslotte schelen we niet zo heel veel in leeftijd, ik ben achttien jaar. Laat mijn vader het maar niet horen, maar ik vind het veel prettiger zo."
Linda was verbaasd, maar knikte vlug. Het was in het begin heel moeilijk geweest om Lurec bij zijn voornaam te gaan noemen, maar waarschijnlijk zou het nu met deze jonge vrouwe veel gemakkelijker gaan. Ze was het al gewend en ze scheelden inderdaad niet zoveel in leeftijd. Linda dacht dat ze best met haar nieuwe meesteres op zou kunnen schieten… in ieder geval veel beter dan met de oude.
"Ga zitten, laten we wat praten," zei vrouwe Lucienna vriendelijk, en Linda gehoorzaamde vlug. Ze had nog genoeg tijd voor ze naar Lurec moest… ze moest alleen een goede smoes verzinnen voor straks, voor waarom ze een hele nacht weg zou blijven en pas morgenochtend zou kunnen beginnen als het nieuwe kamermeisje van dit bloedmooie meisje. Ach, ze kon altijd een deel van de waarheid vertellen… als vrouwe Indira haar vertrouwde, kon ze toch nooit slecht zijn? Of werkte het niet zo? Nu ja, ze zou best kunnen zeggen dat ze tijd ging doorbrengen met haar… vriend. Geliefde. Zoiets. Dat was toch wel normaal? Ach, ze zou het straks wel zien.
***
Previous post Next post
Up